Ons land kent veel buitenplaatsen en kastelen met prachtige tuinen. In mei en juni zijn deze vaak op hun mooist dus zeker een bezoekje waard!
Tuinen om mee te pronken
Nederland is rijk aan kastelen en buitenplaatsen. De (meestal) adellijke eigenaars van deze landgoederen lieten fraaie tuinen aanleggen om met hun rijkdom te pronken. Vaak hadden ze ook een moestuin waar de groenten en kruiden voor de keuken werden gekweekt. Sommige landeigenaren lieten zelfs een oranjerie bouwen, een deftig vormgegeven kas waar men – heel luxe in die tijd – sinaasappelbomen (‘orangen’) liet groeien. Tegenwoordig zijn veel van die oude tuinen en parken opgeknapt en opengesteld voor het publiek. U kunt er heerlijk wandelen en genieten van eeuwenoude botanische schatten!
Tuinmode
Net als bij kleding en kapsels wisselde ook de mode op het gebied van tuinen. In de zeventiende eeuw bijvoorbeeld wilde iedere edelman een tuin zoals de koning van Frankrijk die had aan laten leggen bij zijn Paleis in Versailles. Dat betekende strak gesnoeide symmetrische hegjes in weelderige vormen, lange rechte ‘kanalen’, fonteinen en beelden. De gereconstrueerde tuinen bij Paleis Het Loo bij Apeldoorn zijn daarvan een indrukwekkend voorbeeld.
Later, in de 19de eeuw werden al die symmetrische tuinen weer omgeschoffeld en ingericht als een Engels parklandschap, met donkere bosjes, glooiende gazons en – heel romantisch – soms zelfs een (nep-)ruïne. Dit soort parktuinen tref je nog vaak aan bij oude landhuizen en kastelen, zoals bij Kasteel Groeneveld in Baarn.
Meer nieuws over kastelen en kasteeltuinen vind je op www.kastelenmagazine.nl
