Een gazon aanleggen met graszoden is een leuke tuinklus die je makkelijk zélf kunt doen. In dit artikel geef ik je wat tips hoe je dat project het beste aanpakt en een optimaal resultaat behaalt. Zo kun je snel genieten van je eigen grasveld!
Wat heb je nodig?
- Voldoende graszoden om je gazon liefst in één keer te kunnen leggen (reken het oppervlak dus goed uit!). Er verschillende soorten gras te koop, zoals voor een speelgazon, voor een siergazon en ga zo maar door. Bedenk dus van te voren hoe je je gazon gaat gebruiken. Belangrijk: Graszoden die je hebt gekocht moet je binnen 24 uur gebruiken;
- Een rol touw met twee stokken om een rechte lijn je kunnen maken;
- Als je vloeiende gebogen lijnen wilt maken voor bijvoorbeeld een bloemenborder is een dik soepel touw erg handig; je kunt het perfect vloeiend neerleggen in elke vorm die je wilt;
- Een grasroller (wals);
- Tuingereedschap zoals een schep en een hark;
- Een mes of schaar om de zoden te snijden;
- Voeding (mest) en eventueel tuinkalk.
Stap 1: De voorbereiding
Zoals bij zoveel klussen is een goede voorbereiding het halve werk. Hier betekent het: zorg voor een gezonde en egale ondergrond waarop de zoden snel kunnen wortelen en aan de groei raken. Het kan zin hebben voor je begint een bodemmonster te nemen om zo uit te vinden hoe goed (of slecht) je bodem is. Met extra voeding en kalk kun je zo nodig de bodem weer op peil brengen voordat je de zoden legt.
Dit is ook het moment om na te denken over kabels en leidingen die onder het gazon heen moeten lopen. Waar wil je straks tuinverlichting, sproeiers of een extra buitenkraantje aanleggen? Als je nu de leidingen legt hoef je later je perfecte gazon niet meer open te spitten. Je kan nu ook een buis in de grond graven waar je later je leidingen doorheen trekt, zo houd je alle opties open.
Als het gazon op een plek komt waar eerst bestrating lag moet je goed kijken naar de ondergrond: als de bestrating in zand lag is het verstandig dat zand goed te mengen met voldoende verse tuinaarde. Op zand groeit niet heel veel, laat staan een fris groen gazonnetje; het zand helemaal vervangen is meestal niet nodig. Spit de grond goed door en breng voedingstoffen aan zodat het gras straks vlot kan wortelen. Bij een hele nieuwe tuin waar verse tuingrond wordt aangevoerd is dat niet altijd nodig. Vraag in dat geval aan je leverancier waar de grond vandaan komt en of er al voeding doorheen zit.
Stap 2: Egaliseren!
Een strak hobbel- en gatenvrij gazon begint met een vlakke ondergrond. Egaliseren kan een klus op zich zijn als er eerst een oud gazon moet worden vervangen of als er bomen en struiken gerooid moeten worden. Een oud gazon kun je helemaal verwijderen door de oude zoden af te steken en af te voeren. Een andere methode is om het gras met een tuinfrees kapot te (laten) frezen. In dat laatste geval moet je heel goed opletten dat je de ondergrond daarna goed aanstampt (loopt) of rolt, want door het frezen komt er lucht in de grond. Als je dat niet doet krijg je het later nooit meer echt strak.
Door te rollen en aan te stampen voel je precies waar de zachte en harde delen zitten. De zachte gedeelten rol of loop je extra aan en vul je op met aarde. Je kunt een lange lat gebruiken om te zien waar de heuveltjes en dalen zitten.Egaliseer de grond daarna zo goed mogelijk met een hark. Als je dit grondig doet heb je er later veel plezier van met het maaien en spelen. Neem er dus je tijd voor!
Tip: Het is aan te raden om je het gazon ongeveer 2 centimeter ónder het niveau van de bestrating te laten uitkomen. Op die manier voorkom je dat het gras over de bestrating heen groeit.
Stap 3: Het leuke werk, zoden leggen!
Het zware werk is gedaan, nu gaan we het mooi maken. Het makkelijkste is bij om een rechte hoek achter in de tuin te beginnen zodat je niet telkens over de net gelegde zoden hoeft te lopen. Door een touwtje strak tussen twee stokken te spannen maak je een kaarsrechte lijn.
Leg de eerste rol graszoden. Met een mes kun je de graszode prima op maat snijden. Leg de zoden in een verspringend verband: op die manier krijg je een netter eindresultaat. Ronde of vloeiende vormen kun je maken met een dik touw: leg je vorm en snijd deze langs het touw uit. Zorg dat de zoden overal goed op elkaar aansluiten om hobbels te voorkomen.
Een licht vochtige ondergrond is niet erg, maar let er op dat het niet heel nat is, want de zoden zullen dan moeilijker aanslaan. Rol tenslotte de zoden licht aan met de grasroller om de laatste onvolkomenheden weg te werken.
Stap 4: Hou het nat
Het is zeker in het begin heel belangrijk dat je de graszoden nat houdt. Je kunt rustig 2-3 x per dag sproeien, met name wanneer het warm of schraal weer is. Let ook goed op als het waait, want door de wind droogt het gras veel sneller uit. Geef goed water, wees niet te zuinig: 1-2 millimeter water is niet zo heel veel als de zode twee centimeter dik is en het water naar de wortels moet.
Tot slot: het onderhoud
Je kunt de zoden direct voorzichtig betreden als je wilt, maar beter is om een paar dagen te wachten om het gras de kans te geven vast te groeien. Voordat je de eerste keer kunt maaien moeten de zoden goed vastzitten. Dit kun je testen door het aan de zijkant een zode voorzichtig op te tillen: als dat niet lukt zit het gras vast. Laat het gras sowieso niet langer worden dan vier centimeter. Maai in het voorjaar soms wel twee keer per week om het gazon in topconditie te houden.